Luxemburg: Europese puist met topwijnen

28.11.2022

Van Schengen tot Grevenmacher klopte DM.Vino aan bij wijnbouwers die allen blij waren nog eens Belgen te zien. Het is nochtans amper 2 uur en een kwartje rijden vanaf de Brusselse ring. En terwijl u daar bent moet u beslist een ommetje maken langs Koeppchen, de historische kapel van waar u een schitterend panoramisch zicht hebt over de kronkelende Moezel.

Het heeft iets van de Belgische kust, de hoogbouw daargelaten. De Luxemburgse wijnvelden strekken zich 42 kilometer lang uit langs de linkeroever van de Moezel. De rechteroever behoort toe aan Frankrijk (in het zuiden) en Duitsland (in het noorden). Van Schengen tot Wasserbilig werken zo’n 340 wijnbouwers op 1280 hectare wingerd. De meeste aanplant betreft witte druiven (90%) die steeds minder in stille witte wijnen terechtkomen en steeds meer in de Crémant, de succesvolle bubbelwijn die als appellatie erkend wordt door de Franse INAO. Daar gaat al één cliché.
Maar ondanks de Franse erkenning is de band met Duitsland vandaag veel sterker, zo getuigden meerdere wijnbouwers. Er wordt gekeken naar wat Duitsland doet langs zowel Rijn als Moezel. Dat sluit ook aan bij de geschiedenis van Luxemburg dat van 1842 tot 1919 een ‘Zollverein’ of een douane- en handelsakkoord had met de Duitse staten. Dat liet toe de wijn zonder taksheffing naar Duitsland te versluizen. Duitsland was toen ook de grootste afnemer van de Luxemburgse wijnen. Niet dat het over kwaliteitswijn ging: de Duitsers kochten liefst de druiven of wijnen op om er ‘Sekt’ van te maken, zeg maar goedkope, halfzoete schuimwijn. In die periode nestelden zich trouwens ook veel champagnehuizen in Luxemburg: zo konden ze meeprofiteren van de Zollverein.
De ‘gouden tijden’ eindigden met de eerste wereldoorlog en door de nasleep van de druifluiscrisis die duurde tot in 1924-25. Maar er was ook een positieve zijde aan deze zwarte periode: men dacht na over hoe het verder moest en er werden andere druivenrassen aangeplant dan de Elbling en Rivaner, waarvan men vooral de hoge opbrengsten waardeerde. Men kreeg oog voor de nieuwe economische unie die met België werd beklonken, een land met een behoorlijke dorst naar wijn.

  • Non loin de Remich - © Vanel

Van “Marque Nationale” tot AOP

De heraanplant die vanaf 1927 plaatsvond, gebeurde volgens de nieuwste inzichten. Percelen bevatten voortaan slechts één ras (het einde van de co-plantation), en men hield rekening met de kwaliteit van de bodem. De eerste heraanplant was deze van de Primerberg te Stadtbredimus in 1927. Elk jaar volgden 70 tot 80 hectare tot de herstructurering voltooid was. Om deze omschakeling te officialiseren creëerde het Groothertogdom in 1935 ‘la Marque nationale des vins luxembourgeois’. Daarmee was het sneller dan Frankrijk, waar de eerste A.O.C. pas in 1936 officieel werd.
Tegelijk waren de voorschriften strenger dan in Frankrijk, want men moest de wijnen ook voorleggen aan een degustatiecommissie. Wijnen die minder dan 12 op 20 scoorden werd de appellatie geweigerd. Met 14 punten was men een ‘vin classé’, met 16 een ‘Premier cru’ en met 18 een ‘Grand Premier Cru’. Bedoeling was vanzelfsprekend om aan te sporen tot het produceren van meer kwaliteitswijn. Deze criteria werden pas in 2014 gewijzigd bij de lancering van de appellation d’origine protégée Moselle luxembourgeoise die enkel wordt toegewezen aan wijnen die een maximum-rendement garanderen van 100hl/ha (115 hl/ha voor Elbling en Rivaner).
De AOP liet ook toe om de subregio’s beter te onderscheiden. Behalve de Crémants, onderscheiden we nu diverse ‘Côtes’, ‘Coteaux’ en ‘Vins de Terroir’. Dit is te zien als een piramide, waarbij we onderaan de Côtes hebben en bovenaan de Vins de Terroir met een maximumrendement van 75 hl/ha.

Negen druivenrassen

• De Elbling om te beginnen. Klinkt als een hybride ras, maar is een oorsrponkelijke soort. Bezette tot 90% van de Luxemburgse wijngaard. Vandaag is zijn populariteit teruggevallen tot :inder dan 10%. Dit ras dat laag in alcohol is, geeft de wijn ook een aangenaam aroma.
• De Rivaner, alias Müller-Thurgau is een gekruist ras (Riesling-Sylvaner) dat nog 27% van de wingerd in beslag neemt, maar in populariteit blijft afnemen. De druif levert simpele, fruitige wijnen op, met lichte muscaat-toets.
• Ook de Auxerrois (15%) is een gekruist ras dat meer aanhangers kent en door sommigen ook geassocieerd met Luxemburg, hoewel de Elzas in feite de bakermat is. Wint aan belang omdatb de druif geschikt is voor de crémants.
• Pinot blanc, gris en noir worden voor erg verschillende stijlen aangewend. De Pinot blanc voor de bubbels en in mindere mate voor stille wijnen. De gris voor gastronomische wijnen met een kruidige toets. De noir voor de rosé en de zeldzame rode wijnen en ook voor de duurdere crémants.
• Chardonnay, ras voor alle terroirs. Normaal is het klimaat van Luxemburg iets te kil voor deze druif, behalve voor de verwerking in crémants. Aangeplant sinds de jaren ’80.
• De Riesling blijft populair bij de meer ambitieuze wijnmakers (±13%) om de eenvoudige reden dat men zich vergelijkt met referentieland Duitsland.
• De Gewürztraminer. Bekend uit de Elzas en dankbaar voor de wijnbouwers omdat men er zowel droge, halfzoete als zoete wijnen kan mee maken.
• In beperkte mate vindt men ook Sylvaner, Muscat Ottonel en Gamay

Aankloppen bij wijnproducenten

Schengen, bekend van het akkoord uit 1985, ligt in het zuid-oostelijke puntje van het Groothertogdom. Het is erg makkelijk om Henri Ruppert hier te vinden. Parkeer de auto langs de Moezel en kijk gewoon aan tegen de heuvelwand. U kan er naast kijken: het moderne keldergebouw van Ruppert trekt alle aandacht in het stadje. “Dat gebouw trekt mensen aan als een vliegenvanger,” vertelt ons Henri Ruppert. Het is een statement dat de bezoekers meteen duidelijk maakt dat de ‘wijnbouw’ hier geen bijberoep is. Het is ernst. Maar voor de oudere generaties was wijnbouw wel een bijberoep. Neem nu zijn vader die hier een tankstation uitbaatte, profiteerde van het grensverkeer en als appeltje voor de dorst ook wijn maakte.
• Henri Ruppert Jr nam de wijngaard over in 1990 op een ogenblik dat hij nog beplant was met Elbling en Rivaner. Stap na stap werden die druiven vervangen door voornamelijk Auxerrois en Pinot blanc. Hij verdrievoudigde het wijngaardoppervlak en plantte ook Pinot noir aan. In 2008 bouwde hij het huidige keldergebouw mét restaurant. Een bezoek aan Ruppert is ideaal aan het begin van de tocht, omdat het meteen een maatstaf is. Zijn wijnen zijn een toonbeeld van finesse en precisie. Dankzij beperkte rendementen, goed gekozen terroirs en een vinificatie in grote houten foeders en vaten, wat de impact van het hout tempert, slaagt Ruppert erin wijnen te maken van internationale allure. Proef bij wijze van voorbeeld gerust de Pinot blanc van grote vaten en de uitzonderlijk geslaagde Pinot noir. Daarnaast gaat om en bij de 30% van de productie naar de Crémant. Recent plantte hij ook Sauvignon blanc en enkele resistente hybride rassen aan (Cabernet blanc en Pinotin). De Ruppert-kelder beschikt ook over een restaurant dat van woensdag tot zaterdag elke avond open is (tapa’s en kleine restauratie). Info: www.domaine-ruppert.lu. Opendeurdagen 30/4 en 1/5 van 11 tot 20u.

• De trots van de grote eengemaakte coöperatieve van Luxemburg – Domaines Vinsmoselle – is het château de Stadtbredimus te Remicch, oude verblijfplaats van Luxemburgse dichter Edmond de la Fontaine. Vandaag fungeert het als hoofdzetel van de Domaines. Zoals uitgelegd in het overzichtsartikel van Luxemburg verzamelen de Domaines Vinsmoselle de voormalige Caves de Greiveldange, Grevenmacher, Remerschen, Stadtbredimus, Wellenstein en het Centre d’élaboration des Crémants Poll-Fabaire te Wormeldange. Maar al deze ‘Caves’ bleven fysiek gesproken bestaan en kunnen in de diverse dorpen en stadjes nog steeds bezocht worden.
Neem nu Wellenstein, opgericht in 1930 en anno 2017 nog altijd de grootste site van de Domaines met de meeste leden (goed voor 220 hectare). De site beschikt over een grote Vinotheek, een wijnshop en een restaurant die vrijwel alle dagen geopend zijn. Info: www.vinsmoselle.lu

• Te Remich, hogerop de helling, vinden we Laurent Kox, zoon van de oprichter van het domein. Gebeten door het vak van wijnbouwer neemt Laurent de zaak al over op zijn 22ste. We schrijven 1977. Hij bouwt het domein uit tot 12 hectare (waarvan 4 ha in pacht) en specialiseert zich in Riesling, zonder andere nobele rassen zoals plus Pinots blanc, gris en noir, Chardonnay, Auxerrois of Gewürztraminer te ontzien. Van meet af aan was hij zich er van bewust dat de Luxemburgse wijn voluit voor kwaliteit moest gaan wilde hij zich staande houden in een nieuwe concurrentiële omgeving. Dat is ook nodig om de gronden te langs de Moezel valoriseren, want er is een enorme immobiele druk: de vastgoedpromotoren willen maar al te graag de wijngaarden inpalmen. Hij was ook de eerste in Luxemburg om zich een quevri (Georgische amfoor) aan te schaffen en orange wine te produceren – een idee dat hem werd aangereikt door zijn dochter Corinne.

Hij gebruikt niet alleen quevri, maar ook de moderne orange-techniek (maceratie van witte wijn op schillen en pitten, zoals bij een rode wijn) op inox vaten en met Pinot blanc. De wijn heeft vergeleken met een volbloed orange wine misschien wat meer fruitprésence en honing en minder harstoetsen. Behalve deze anekdotische wijnen, brengt het Domaine Kox 40% Crémants en 50% stille wijnen voort (Pinot gris, Riesling, Saint-Laurent, Pinot blanc, Auxerrois,…). Laurent Kox is ook een van de initiatiefnemers achter het supranationaal concept ‘Grande Cuvée du Terroir Mosellan’, een excellente Crémant die als eerste aanspraak maakt op een grensoverschrijdende appellatie (Duitsland-Frankrijk-Luxemburg). Info: www.domainekox.lu

• Te Ahn is er zelfs een straat vernoemd naar de wijnfamilie Duhr. Om maar te zeggen: wijn leeft hier al sinds mensenheugnis. Frank en Luc Duhr vormen de elfde generatie binnen de muren van het wijnhuis ‘Clos Mon Vieux Moulin’. De wijngaarden bevinden zich voornamelijk op de Palmberg te Ahn, maar de familie is ook eigenaar van percelen in Schengen en Wintrange (Felsberg), in totaal 14 ha. Men zweert hier bij een minimale interventie (‘lutte raisonée’) in de wijngaard en er wordt enkel organische mest gebruikt. De kelders werden deel uitgegraven in de rots. Zo profiteert men van een stabiele temperatuur en wordt er minder elektriciteit verbruikt door de koelinstallaties van de inox kuipen en houten foeders. De fijnste wijnen rijpen in deze kelders ook verder op (deels nieuwe) eiken vaten. De broers Duhr zijn actief lid van de groepering Domaine & Tradition. De Clos Mon Vieux Moulin produceert behalve uitstekende Crémants ook stille wijnen die gekenmerkt worden door finesse en elegantie. Pinot blanc, Chardonnay en Riesling vormen het triumviraat van het huis. We spreken over wijnen met een fijne floraal aroma, die traag openen en een zijdeachtig mondgevoel ontwikkelen. Delicate witte wijnen die je niet ijskoud schenkt, maar integendeel, mag decanteren. En toch blijft de prijs van deze witte delicatessen bijzonder toegankelijk. Info: www.duhrfreres.lu

• Jean Bernard wist allicht niet dat hij in 1921 een van de mooiste huizen van Luxemburg zou oprichten. De hoofdzetel – in al zijn statigheid – aan de Moezelbrug van Grvenmacher heeft de allure van een groot champagnehuis. Eind jaren ’30 werd het huis echter overgenomen door de familie Clasen, waar de vijfde generatie, belichaamd door Antoine Clasen, nu aan het roer staat. Bernard-Massard is gespecialiseerd in schuimwijn en crémant en is bij de Belgen goed bekend. Dat is mede te danken aan het feit dat de Belgische familie Fourcroy een tijdlang een minderaandeel had in de zaak.
Bernard-Massard draagt meerdere petten. Het is om te beginnen ‘vigneron-négociant’ (het huis heeft 32,5 ha in eigendom en heeft daarnaast ook nog 40 ha onder contract, waarvan het druiven aankoopt), maar het is daarnaast ook wijnhandelaar en staat in voor aankoop, opslag, verkoop en export van de wijn. Het produceert zoals gezegd zijn eigen wijnen en importeert buitenlandse wijnen die het aanbiedt in zijn eigen wijnshop in de hoofdzetel.
De familie Clasen is ten persoonlijken titel eigenaar van het Domaine Clos des Rochers (Grevenmacher). Samen met Bernard-Massard runt het te Schengen ook nog het Domaine Thill-Château (stille witte wijnen en crémants). De laatste twee domeinen stonden trouwens ook aan de wieg van Domaine & Tradition, dat de Luxemburgse wijn in het buitenland wil promoten. De overige leden van D&T zijn Sunnen-Hoffman, Domaine Gales, Mathias Bastian, Mme Aly Duhr et fils en Clos Mon vieux moulin (zie hoger). Bernard-Massard besloot enkele jaren geleden, na het uitkopen van de familie Fourcroy, om voluit voor kwaliteit te kiezen, omdat het besefte dat dit de enige manier was om de concurrentie met cava aan te gaan. Die strategie was erg succesvol. Het mini-museum van het huis en de Clos des Rochers kunnen bezocht worden. Info: www.bernard-massard.lu

U zal merken: wil u echt op wijnreis zonder duizenden kilometers te reizen, ga dan naar de Luxemburgse Moezel. Echte wijnbouwers met de voeten in de aarde en tal van lekkere en vaak dorstlessende wijnen, die we deze zomer echt wel kunnen gebruiken.

• Voor alle informatie over de diverse oenotoeristische mogelijkheden, bezoeken, cruises e.d. kan u best de website visitluxembourg.com raadplegen.

  • A Wormeldange, montez au sommet de Koeppchen pour admirer la vue. (© Vanel)

Ander nieuws

Bekijk alle
chevron-down